Aanrakingsangst treft ook leerlingen en patiëntenMarijke Lammers, De Volkskrant, 29 oktober 1998 Door de groeiende aandacht voor seksueel misbruik, lijden steeds meer leraren en hulpverleners aan aanrakingsangst. Marijke Lammers waarschuwt voor de neiging steeds strengere regels in te voeren. Het probleem wordt daardoor eerder verhuld dan opgelost. LERAREN hebben last van aanrakingsangst kopt De Volkskrant van 16 oktober. Ook vanuit de jeugdhulpverlening en de zorgsector hoor je dergelijke verontrustende geluiden. Toen duidelijk werd dat grensoverschrijdingen en seksueel misbruik in onderwijssituaties, maar ook binnen de hulp- en zorgverlening vaker voorkomen dan ons lief is ontstond de roep om beleid. De manier waarop hiermee is omgegaan vormt mijns inziens een belangrijke oorzaak van de angst voor intimiteit en lichamelijkheid in de omgang met leerlingen en cliënten. Seksueel misbruik binnen de instellingsmuren is weliswaar een toenemende zorg voor management en directies, maar wordt vaak vooral ingegeven door angst. De belangrijkste drijfveer van beleid lijkt niet zozeer de bescherming van potentiële slachtoffers en de bewaking van de kwaliteit van onderwijs/zorg, maar vooral het mijden van risicos en juridisch ingedekt zijn tegen incidenten. Als de gedragsregels en protocollen er liggen en de klachten- of meldcommissie en vertrouwenspersonen zijn geïnstalleerd, raakt de druk van de ketel. We voldoen aan de eisen en het is duidelijk: dit mag wel en dat mag niet'. Niet alleen is een dergelijke aanpak gebaseerd op een wel heel naïeve kijk op dadergedrag, maar ook op de ijdele hoop met regels alles onder controle te kunnen hebben. Ik pleit zeker niet voor het achterwege laten van gedragsafspraken en protocollen. Sommige grenzen zijn haarscherp en moeten dan ook keihard vastliggen: seksuele en erotische contacten horen niet thuis in de relatie leerling of hulpverlener-cliënt. Ook is het goed om afspraken te maken over omgangsvormen en de mate van persoonlijke betrokkenheid van de leerkracht/hulpverlener bij leerling/cliënt. Maar een te grote waarde hechten aan regels om misbruik te bestrijden, is een vorm van risicomijdend management waardoor de werkelijkheid wordt verhuld. Contacten binnen onderwijs-, zorg- of hulpverleningssituaties kunnen nooit volledig worden geprotocolleerd. Hiermee ga je voorbij aan altijd aanwezige niet sluitend te beschrijven grensgebieden, aan twijfels en onzekerheden van medewerkers over nog wel of niet meer kan, ook aan fundamentele van leerlingen/cliënten aan intimiteit en nabijheid. Het uit de weg gaan van alles wat met intimiteit te maken heeft, is niet alleen een enorm verlies voor het onderwijs of zorg- en hulpverlening, het brengt ook grote risico's met zich mee. Gedetailleerde voorschriften werken belemmerend bij het ontwikkelen van inzicht, verantwoordelijkheid en gevoeligheid wat betreft grenzen in de relatie leraar-leerling/ huIpverlener/cliënt. Door een beheersmatige aanpak gaat de angst voor incidenten overheersen en ontstaat een onveilig klimaat waarin nog minder wordt gesproken over dilemma's in niet zo duidelijke grenssituaties. Tegen alle bedoelingen in wordt de voedingsbodem voor grensoverschrijdingen en misbruik hierdoor vergroot. Preventie van seksueel misbruik, het verantwoord om kunnen gaan met de relatie leraar-leerling / hulpverlener-cliënt, de nabijheid en intieme situaties die hierbij aan de orde kunnen zijn, vraagt vooral om grote professionaliteit. Dit houdt in dat men over inzicht en vaardigheden beschikt wat betreft het hanteren van de ongelijke machtsrelatie tussen werker en leerling/cliënt en het besef dat grensgebieden altijd aanwezig zijn en grensvervaging altijd op de loer ligt. Het houdt ook in dat je als beroepskracht in staat bent tot warmte en genegenheid, ook in de vorm van lichamelijk contact, maar tegelijkertijd voldoende professionele afstand houdt. Leerlingen en cliënten kunnen behoefte hebben aan een hand op een schouder, een bemoedigende arm, een tedere aanraking of een troostend gebaar, óók als je alleen met hen bent. Dit zijn reële behoeften die je niet zomaar mag negeren. Stel je voor dat in de zorgsector de regel nooit meer alleen met een cliënt' wordt toegepast: altijd een kijkend oog erbij als iemand je wast, de douchedeuren open; fijn voor je privacy Lichamelijke aanrakingen, de sfeer van intimiteit en de intensiteit van contacten met leerlingen/cliënten kunnen er echter wel toe lieden dat de onderlinge verhouding niet alleen emotioneel, maar ook seksueel beladen wordt. Hoe ga je bijvoorbeeld om met het besef dat het vasthouden van een hand een vriendschappelijke, een troostende, maar ook een erotische betekenis kan hebben? De grenzen zal een beroepskracht in elke situatie opnieuw moeten verkennen, herkennen, leggen en soms verleggen. Dit is niet enkel te regelen met gedragsregels, maar vraagt om een professionele beoordeling van vertrouwdheid, lichamelijk contact en intimiteit waarbij het uitgangspunt moet zijn dat contacten met leerlingen/cliënten altijd beroepsmatig en niet te vergelijken zijn of verward mogen worden met een vriendschap of een andere sociale relatie. Preventie van seksueel misbruik en binnen je beroep om kunnen gaan met intimiteit en lichamelijkheid vraagt naast professionaliteit om randvoorwaarden: een klimaat waarin de wederzijdse omgang plaatsvindt op basis van respect en gelijkwaardigheid; transparant en toetsbaar handelen; een glasheldere visie op leraarschap of hulpverlening; methodisch om kunnen gaan met de thematiek. Het vraagt ook een coachende stijl van leidinggeven aan leerkrachten/medewerkers die hun nek uit moeten steken. En niet in de laatste plaats om een klimaat waarin intimiteit met alle bijbehorende dilemma's bespreekbaar is, men kan elkaar aanspreken op gedrag en constructief wordt omgegaan met kritiek; een klimaat waarin openlijk gesproken kan worden over handelingsverlegenheid, dilemma's, macht- on onmachtgevoelens. Seksueel misbruik is niet 'uit te roeien' en volledig te voorkomen. Overal waar macht is, zal macht misbruikt worden. Een organisatie die dit risico erkent en waar omgangsvormen op basis van gelijkwaardigheid en respect hoog in het vaandel staan, zal hier reëel, en dus niet voornamelijk beheersmatig mee omgaan. Hier zal intimiteit en lichamelijkheid met alle bijbehorende dilemma's in alle facetten bespreekbaar zijn en wordt gewerkt aan openlijk en toetsbaar handelen. Grensoverschrijdingen en seksueel misbruik zullen, hier minder kans krijgen, of eerder worden gesignaleerd en positieve vormen van lichamelijk contact met leerlingen/cliënten kunnen mogelijk blijven. Marijke Lammers geeft advies en trainingen op het gebied van bejegeningsvraagstukken. |